De rechter heeft de gemeente Geldrop-Mierlo teruggefloten: het gehanteerde tarief voor huishoudelijke hulp bleek juridisch onhoudbaar. Twee zorgaanbieders stapten naar de rechter omdat het percentage voor ziekteverzuim in de berekening onrealistisch laag was. De rechter gaf hen gelijk. De gemeente moet het tarief nu verhogen en structureel extra geld vrijmaken.
Wat hier speelt, is meer dan een technische fout. Het raakt direct aan de positie van kwetsbare inwoners die afhankelijk zijn van huishoudelijke hulp. En aan de mensen die deze hulp dagelijks bieden. Structurele onderbetaling van aanbieders is niet alleen oneerlijk, het is bestuurlijk onverantwoord. Als gemeente hebben we hierin onvoldoende zorgvuldig gehandeld.
Als je als gemeente twijfelt aan een door aanbieders aangeleverd ziekteverzuimpercentage, dan ga je daarover in gesprek. Dan check je aanvullende bronnen, toets je bij andere gemeenten of laat je eventueel onafhankelijk onderzoek doen. Je laat het niet op z’n beloop, en je wacht zeker niet af tot de rechter je tot actie dwingt.
De rechterlijke uitspraak verplicht ons nu tot bijsturing, en dat is terecht. Het college heeft het tarief inmiddels aangepast en stelt de raad voor om jaarlijks €100.500 extra op te nemen in de begroting. Daarmee is de continuïteit van de hulpverlening gewaarborgd. Voor inwoners verandert er niets aan de ondersteuning die zij ontvangen.
Wij van SAMEN vinden dat deze uitspraak moet worden aangegrepen als een moment van reflectie. Transparantie over wat er is misgegaan en hoe we dit in de toekomst beter gaan doen, is essentieel voor het herstel van vertrouwen. Dat vertrouwen is cruciaal, zowel richting inwoners als richting zorgaanbieders. Dit moment vraagt niet om verdediging, maar om openheid en lerend vermogen.
